Tag: eigendomsvoorbehoud

  • Bewijsovereenkomst biedt uitkomst bij eigendomsvoorbehoud

    Bewijsovereenkomst biedt uitkomst bij eigendomsvoorbehoud

    Om als leverancier uw schade bij een wanbetaler te beperken heeft u in uw algemene voorwaarden een eigendomsvoorbehoud opgenomen. Maar wat nu als u daadwerkelijk van dit recht gebruik moet maken? Krijgt u dan direct uw goederen terug? In dit blog uitleg over de bewijsovereenkomst en eigendomsvoorbehoud.

    Oneigenlijke vermenging probleem bij eigendomsvoorbehoud

    Op grond van de wet wordt uw klant als houder van de goederen vermoed bezitter te zijn; en als bezitter wordt hij vermoed eigenaar te zijn. Zo staat dit nu eenmaal in de wet. Indien u uw eigendomsvoorbehoud wilt inroepen, dient u – per product – te bewijzen wat aan u toebehoort. Voor u is dat gesneden koek, maar voor uw klant of bij het faillissement van uw klant de curator is dat misschien niet het geval.

    Als materialen van verschillende leveranciers op elkaar lijken of zijn verwerkt kan dat moeilijkheden geven. Uw klant kan niet meer aanwijzen welke producten door u zijn geleverd en welke door een andere leverancier. Juridisch heet dit oneigenlijke vermenging; feitelijk is het resultaat dat u uw goederen niet terug krijgt.

    Het bewijsbeding: de bewijsovereenkomst in uw algemene voorwaarden

    Een bewijsovereenkomst kan er voor zorgen dat bepaalde feiten (nog voor de levering) komen vast te staan, zonder dat er nadere handelingen nodig zijn. Een dergelijke afspraak kan ook worden opgenomen in uw algemene voorwaarden. Dit wordt dan ook wel een bewijsbeding genoemd. Het doel van het bewijsbeding is om vooraf de goederenrechtelijke positie van de geleverde goederen te bepalen. Bijvoorbeeld dat de bij uw afnemer aanwezige zaken van dezelfde soort aan u toebehoren. Met het bewijsbeding wordt de bewijslast verdeelt. Uw klant moet nu dus aantonen dat de bij hem aanwezige goederen níet aan u toebehoren.

    Ook in faillissement kan het bewijsbeding uw positie versterken. Een curator zal standaard van de leverancier verlangen dat hij kan aantonen dat elke specifiek product hem toebehoort.

    Tijdens het faillissement is het uitgangspunt dat de overeenkomst in stand blijft. En dus ook de algemene voorwaarden en het daarin opgenomen bewijsbeding.

    Het bewijsbeding moet gezien worden als een onderdeel van het raamwerk om tot leverancierszekerheid te komen. Op zichzelf staand heeft het bewijsbeding een relatieve betekenis. Het helpt daarbij als u met uw afnemer de afspraak maakt dat de goederen apart worden bewaard en van aanduidingen worden voorzien waaruit blijkt dat deze aan u toebehoren. De juiste offerte, koopovereenkomst en algemene voorwaarden zijn daarbij van groot belang.

  • Recht van reclame bij faillissement

    Recht van reclame bij faillissement

    Als leverancier heb je weleens te maken met wanbetalers. Daarom hebben veel leveranciers in de algemene voorwaarden een eigendomsvoorbehoud opgenomen. Deze vorm van zekerheid kan ook prima werken in faillissement. Zie ook: Eigendomsvoorbehoud: zekerheid bij faillissement. Er is echter nog een manier om uw schade als leverancier te beperken: het recht van reclame. In dit blog zal ik nader ingaan op het recht van reclame en het verschil met het eigendomsvoorbehoud.

    Eigendomsvoorbehoud van tevoren overeenkomen

    Een eigendomsvoorbehoud moet je van tevoren overeenkomen. De klant moet de algemene voorwaarden accepteren. In een faillissement zal een curator altijd onderzoeken of hij de geleverde goederen wel mag teruggeven. Hij onderzoekt dan onder andere of de algemene voorwaarden rechtsgeldig zijn overeengekomen. Het kan zo zijn dat de afnemer de voorwaarden van de hand heeft gewezen of dat geen van de beide voorwaarden deel uit gaan maken van de overeenkomst omdat niet duidelijk is welke set onderdeel van de overeenkomst is. Zie ook: Gebruik maken van meerdere sets algemene voorwaarden

    Recht van reclame inroepen

    Zoals aangegeven is een andere manier om de geleverde goederen alsnog terug te krijgen het recht van reclame inroepen. In de praktijk zie je dat alleen kredietverzekeraars gebruik maken van het recht van reclame. Dat is onterecht. Alle leveranciers kunnen dit recht inroepen.

    In tegenstelling tot een eigendomsvoorbehoud hoeft een recht van reclame niet te zijn overeengekomen. Een discussie met de afnemer of curator over de toepassing van algemene voorwaarden wordt dus voorkomen.

    Hoe werkt recht van reclame inroepen

    Door het inroepen van het recht van reclame is de overeenkomst ontbonden én keert het eigendom terug bij de leverancier (verkoper). Dit geeft een bijzondere positie in het faillissement. De goederen zijn niet langer eigendom van de curator en de curator moet de (nog aanwezige) goederen terug leveren aan de leverancier. De schade wordt dus beperkt. Ook is het mogelijk dat de curator alsnog de goederen wil kopen en dus de koopprijs betaald.

    Voor het inroepen van het recht van reclame zijn twee termijnen van toepassing. Het inroepen moet binnen zes weken na opeisbaarheid van de koopprijs (lees: ontvangst factuur) of binnen 60 dagen vanaf de dag waarop de zaken onder de koper of bij een derde is afgeleverd.

    Het inroepen van het recht van reclame is eenvoudig; de wet geeft aan dat het schriftelijk moet gebeuren.

    Veel meer dan een brief met (onder andere de zin) “Hierbij roep ik het recht van reclame in” is dus niet nodig. Een relatief goedkope en eenvoudige manier om in een faillissement de schade als leverancier te beperken.

    Recht van reclame bij faillissement inroepen? Wij helpen u verder

    Heeft u als leverancier te maken met een faillissement van uw afnemer en/of zoekt u iemand die u met het recht van reclame kan bijstaan dan kunnen de advocaten van FORT u verder helpen. Neem contact met ons op via het contactformulier of neem contact op met de schrijver van dit blog.

    Bob Heijne is de schrijver van dit blog
    Bob Heijne is advocaat bij de sectie Faillissementsrecht. Hij is sinds 2013 werkzaam bij FORT. Daarvoor werkte hij zes jaar bij de rechtbank Rotterdam, laatstelijk bij het Team Insolventie.

     

  • Eigendomsvoorbehoud: zekerheid bij faillissement

    Eigendomsvoorbehoud: zekerheid bij faillissement

    In tijden van economische crisis doen leveranciers er verstandig aan om zoveel mogelijk zekerheid te bedingen voor hetgeen zij leveren. Daarmee kan worden voorkomen dat zij bij een faillissement van hun afnemer met een onverhaalbare vordering blijven zitten. Een van de manieren waarop ondernemers hun positie aanzienlijk kunnen versterken, is door gebruik te maken van een eigendomsvoorbehoud.

    Wat is eigendomsvoorbehoud?

    Een eigendomsvoorbehoud houdt in dat verkochte zaken onder voorbehoud van eigendom worden geleverd. In het handelsverkeer is het gebruikelijk dat goederen op rekening worden gekocht: de leverancier levert de zaak, maar de koper betaalt achteraf. Door levering is de koper echter wel al eigenaar geworden. De leverancier moet dan maar hopen dat hij zijn geld krijgt. Bij een eigendomsvoorbehoud gaat het eigendom van de goederen echter niet over door levering, maar pas op het moment dat de koopprijs wordt voldaan.

    Terugvorderen

    Door gebruik te maken van een eigendomsvoorbehoud kan een leverancier ervoor zorgen dat hij het eigendom over de geleverde zaak behoudt. Dat is prettig omdat hij als eigenaar dan het recht heeft om de zaak terug te vorderen zolang zijn factuur niet wordt betaald. Het eigendomsvoorbehoud werkt ook in het faillissement van de koper. Doordat de leverancier eigenaar van het geleverde is gebleven, vallen de geleverde zaken niet in de boedel van de failliet. Hierdoor wordt de leverancier beschermt tegen afnemers die niet kunnen betalen.

    De leverancier die een zaak opeist bij de curator, zal moeten aantonen dat die zaak daadwerkelijk onder voorbehoud van eigendom is geleverd. Het is daarom van belang om bij het aangaan van de koopovereenkomst het eigendomsvoorbehoud uitdrukkelijk vast te leggen.

    Algemene voorwaarden en het eigendomsvoorbehoud

    Gewoonlijk wordt het eigendomsvoorbehoud als onderdeel van de overeenkomst in de algemene voorwaarden van de leverancier opgenomen. Maar ondernemers passen regelmatig hun algemene voorwaarden onzorgvuldig toe. Zo wordt wel eens vergeten om de algemene voorwaarden aan klanten te overhandigen. Het gevolg daarvan is dat de algemene voorwaarden en het daarin opgenomen eigendomsvoorbehoud dan niet tot de overeenkomst behoren. De ondernemer die het zekere voor het onzekere wil nemen, kan er voor kiezen om het eigendomsvoorbehoud in zijn offerte op te nemen.

    Waar het ook wel misgaat is dat het eigendomsvoorbehoud (pas) op de factuur wordt vermeld. Helaas is het in dat geval niet van toepassing. De overeenkomst is immers al gesloten.

    Een overeengekomen eigendomsvoorbehoud kan ook verloren gaan. Een eigendomsvoorbehoud verliest namelijk zijn werking wanneer de zaak waarop het eigendomsvoorbehoud rust, deel is uit gaan maken van een grotere zaak of wanneer die zaak niet langer valt te identificeren. In dat geval zal de curator de geleverde zaken niet teruggeven.

    Conclusie

    Kortom, een eigendomsvoorbehoud verschaft een leverancier zekerheid voor de betaling van zijn factuur. Maar in geval van faillissement van de koper kunnen de belangen van de leverancier gaan botsen met de belangen van de curator. Daarom is het belangrijk om het eigendomsvoorbehoud van te voren goed te regelen.

    Wat als u daadwerkelijk van dit recht gebruik moet maken? In dit artikel wordt uitgelegd hoe dit werkt.

    Dana Hemmink is  de auteur van dit blog.

    Voor vragen over “Eigendomsvoorbehoud: zekerheid bij faillissement” kunt u contact opnemen met Annemiek Nass.