Tag: aandeelhouder

  • Aflevering 1: Verstoorde verhoudingen en strijd om de macht

    Aflevering 1: Verstoorde verhoudingen en strijd om de macht

    Aflevering 1: Verstoorde verhoudingen en strijd om de macht

    11 juni 2021, door Laukje van Delft

     

    In deze rechtspraakreeks behandelt ons Corporate Litigation team recente beschikkingen van de Ondernemingskamer. Dit keer de uitspraak van 26 april 2021 in verband met de Limburgse regionale omroep L1 (hierna: “L1”, ECLI:NL:GHAMS:2021:1147).

    Partijen, verwijten en verzoeken

    L1 is de regionale omroep van Limburg en is actief op het gebied van radio, televisie en internet. Er doet zich binnen L1 een crisis voor die leidt tot verstoorde verhoudingen binnen L1. Tegenover elkaar staan de raad van commissarissen en de bestuurder van L1 enerzijds en de ondernemingsraad en de hoofdredactie van L1 anderzijds.

    De problemen van L1 zijn begonnen nadat de benoeming en overeenkomsten van twee tijdelijk benoemde bestuurders afliepen. Daarna is een verschil van mening ontstaan tussen de raad van commissarissen en de ondernemingsraad over de te benoemen bestuurder of bestuurders en of die bestuurder(s) openbaar moet(en) worden geworven of niet. Uiteindelijk is één bestuurder bij L1 benoemd in september 2020. Vanaf de benoeming wordt de bestuurder door de ondernemingsraad en de hoofdredactie tegengewerkt. De onderlinge verstandhouding is inmiddels ernstig verstoord en er worden over en weer ernstige verwijten gemaakt.

    Daarop besluit de raad van commissarissen en de bestuurder van L1 een enquêteprocedure bij de Ondernemingskamer te starten.  Zij verzoeken de Ondernemingskamer om een onderzoek en het treffen van onmiddellijke voorzieningen. Volgens hen is er binnen L1 een schadelijke strijd om de macht gaande en is dat te wijten aan de ondernemingsraad en de hoofdredactie.

    De ondernemingsraad vindt ook dat er moet worden ingegrepen. Volgens de ondernemingsraad zijn de problemen binnen L1 echter te wijten aan gebrekkig functioneren van de raad van commissarissen en een autoritaire wijze van leiding geven door de bestuurder.

    Oordeel van de Ondernemingskamer

    De Ondernemingskamer constateert dat de problemen binnen L1 in sterke mate samenhangen met een ongezonde dynamiek tussen enerzijds de raad van commissarissen en het bestuur en anderzijds de ondernemingsraad en de hoofdredactie. De verhoudingen tussen deze partijen zijn grondig verstoord en gevreesd moet worden dat zowel de medewerkers van L1 als de publieke functie van L1 daaronder te lijden hebben.

    De Ondernemingskamer oordeelt dat zonder extern ingrijpen de problemen van L1 niet opgelost kunnen worden. De Ondernemingskamer oordeelt verder dat er gegronde redenen zijn om te twijfelen aan een juist beleid en juiste gang van zaken van de vennootschap, en gelast een onderzoek naar het beleid en de gang van zaken van L1. Volgens de Ondernemingskamer is een onderzoek naar het functioneren van alle geledingen van L1 noodzakelijk om orde op zaken te stellen.

    De Ondernemingskamer constateert dat de rol van de raad van commissarissen, in het bijzonder rondom de introductie van de huidige bestuurder en de werving en selectie van een tweede bestuurder, vragen oproept. Volgens de Ondernemingskamer hebben tegelijkertijd de ondernemingsraad en de hoofdredactie zich tegen de bestuurder gekeerd op een wijze die niet overeenstemt met de taak van de ondernemingsraad als medezeggenschapsorgaan en met de journalistieke verantwoordelijkheid van de hoofdredactie. Mede gelet op de aard van de ondernemingsraad als gekozen medezeggenschapsorgaan heeft de Ondernemingskamer niet ingegrepen in de samenstelling van de ondernemingsraad. Ook heeft de Ondernemingskamer de hoofdredacteur vooralsnog niet geschorst. De Ondernemingskamer is van oordeel dat tot nu toe niet is gebleken dat de bestuurder heeft bijgedragen aan de escalatie van de interne verhoudingen. De Ondernemingskamer heeft de bestuurder dan ook niet geschorst.

    De Ondernemingskamer treft wel tijdelijke maatregelen ter versterking van de raad van commissarissen en het bestuur. De Ondernemingskamer benoemt, zoals alle partijen hebben verzocht, tijdelijk een tweede bestuurder van L1. Daarmee wil de Ondernemingskamer, in afwachting van de uitkomst van het onderzoek, normalisatie van de verstandhoudingen tussen partijen bevorderen. De Ondernemingskamer voegt ook een commissaris toe aan de raad van commissarissen. Die commissaris heeft binnen raad van commissarissen een beslissende stem. De benoeming van de extra commissaris beoogt de slagkracht van de raad van commissarissen te vergroten.

    Afsluiting

    Uit de uitspraak blijkt dat ondanks de vergaande wettelijke en statutaire bevoegdheden van bijvoorbeeld een raad van commissarissen (of ander orgaan binnen de organisatie), een impasse kan ontstaan waarbij het orgaan zelf niet bij machte is het tij te keren. De verhoudingen kunnen zozeer zijn verhard en geëscaleerd dat enerzijds ingrijpen noodzakelijk is en anderzijds ingrijpen door het orgaan zelf een aanmerkelijk risico tot verdere escalatie meebrengt. Deze uitspraak laat zien dat de Ondernemingskamer handelt vanuit het belang van de onderneming en oplossingen op maat zoekt die de impasse wegnemen ter voorkoming van verdere escalatie en oplopende schade. Mocht u binnen uw onderneming tegen een impasse tussen de betrokken stakeholders aanlopen, dan kan een gang naar de Ondernemingskamer een mogelijke uitweg bieden ter bescherming van de continuïteit van de onderneming.

     

    Voor onze cliënten voeren wij regelmatig enquêteprocedures bij de Ondernemingskamer. Wij staan zowel bestuurders, commissarissen, aandeelhouders, ondernemingsraden als andere stakeholders bij.
    Mocht u willen kennismaken of overleggen, dan kunt u het team van Corporate Litigation bereiken via laukje.vandelft@actlegal-fort.com of via tel. +31 (0)20 664 51 11.

  • Track record Berth adviseren procederen tbv 50% aandeelhouder toonaangevend hotel amsterdam

    Track record Berth adviseren procederen tbv 50% aandeelhouder toonaangevend hotel amsterdam

    Adviseren en procederen ten behoeve van een 50% aandeelhouder in een toonaangevend hotel in Amsterdam, gericht op beëindiging van de joint venture.

  • Track record Berth minderheidsaandeelhouder internationale hotelonderneming geschil grootaandeelhouder

    Track record Berth minderheidsaandeelhouder internationale hotelonderneming geschil grootaandeelhouder

    Bijstaan van minderheidsaandeelhouders in een internationale hotelonderneming met betrekking tot hun geschil met de grootaandeelhouder. Het forceren van een uitkoop via de Ondernemingskamer.

  • Tips voor werknemers (5): De bestuurder en de loongarantieregeling in faillissement

    U bent directeur-grootaandeelhouder (dga) en uw bedrijf raakt in faillissement. Wat nu?

    De wetgever heeft voor werknemers waarvan de werkgever failliet is verklaard de loongarantieregeling in het leven geroepen. Op grond van deze regeling kan een werknemer recht hebben op uitkering van loon. Bij faillissement gaat het UWV (Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen) tot uitkering over indien aan de toepasselijke voorschriften is voldaan. De  omvang van de faillissementsboedel is hiervoor niet relevant.

    U komt als directeur-grootaandeelhouder in faillissement echter niet voor de loongarantieregeling in aanmerking. Slecht nieuws dus als u een directeur-grootaandeelhouder bent. De relatie van een directeur-grootaandeelhouder tot de vennootschap kan volgens de wet niet worden aangemerkt als een dienstbetrekking in de zin van de Werkloosheidswet.

    Wat zijn nu de criteria om als directeur-grootaandeelhouder te worden beschouwd?

    1. U bent de bestuurder en u houdt, al dan niet samen met uw echtgeno(o)t(e), meer dan de helft van de stemgerechtigde aandelen; of
    2. U bent de bestuurder en u houdt, als dan niet samen met uw echtgeno(o)t(e), een zodanig aandelenpakket dat u, gelet op de statutaire vereisten, niet tegen uw wil geschorst of ontslagen kan worden; of
    3. U bent een nevengeschikte bestuurder-aandeelhouder die een (nagenoeg) gelijk aantal stemmen kan uitbrengen als de andere nevengeschikte bestuurder-aandeelhouder; of
    4. U bent een bestuurder van een vennootschap waarvan tenminste tweederde deel van de aandelen in handen is van een bloed- of aanverwant tot en met de derde graad.

    Het UWV is bevoegd om van bovenstaande regels af te wijken als u als bestuurder door feiten en omstandigheden kunt aantonen daadwerkelijk ondergeschikt te zijn aan de aandeelhouders van de vennootschap.

    Bent u wel bestuurder van een vennootschap, maar geen aandeelhouder, dan kunt u overigens wel in aanmerking komen voor een uitkering op grond van de loongarantieregeling.

    In de volgende blog in de reeks “tips voor werknemers” gaan we in op de vraag of een werknemer een aanbod van de doorstartpartij moet accepteren.

    Leest u ook onze andere blogs met tips voor werknemers:

    Blog 1: uw werkgever is failliet verklaard.
    Blog 2: ontslag tijdens faillissement
    Blog 3: misbruik faillissementsaanvraag
    Blog 4: werking concurrentiebeding tijdens faillissement

    Dagmar Meijers- Ploegmakers en Euredice Terborg – Wijnaldum

    Neem voor meer informatie over dit onderwerp contact op met Duco van Dongen. Duco van Dongen werkt sinds mei 2014 als advocaat bij Fort Advocaten binnen de sectie Faillissementsrecht.